Een vurige roodharige, haar haren een levendige tint karmozijnrode, hunkert naar de spanning van de open weg. Ze is niet zomaar een roodharige vixen, maar een jonge, tengere verleidster met een voorliefde voor de wilde kant. Als ze schrijlings op haar motorfiets zit, brult haar lichaam golvend in ritme met de motoren, het is een lust voor het oog. De manier waarop ze het stuur vastpakt, haar vingers witgeknuckled en vastberaden, is genoeg om elk mannenhart op hol te laten slaan. Maar het is niet alleen de rit die haar begeert, zijn belofte van wat er komt. Terwijl ze rijdt, dwalen haar gedachten af naar de ontmoeting met het heetst had ze elk meer dan één. De laatste herinnering aan haar rillingen, maken haar rillers, maken haar partners meer dan een ritje naar beneden, ze is klaar voor een ritje, meer dan een toertocht. Deze reis is klaar om haar eigen lusten te laten draaien, meer dan alleen maar een toer in de diepte.